Waar Nice al eeuwen bekend staat als een van de mooiste badplaatsen was OGC Nice jarenlang een lelijk eendje in Frankrijk. Maar dat is rap aan het veranderen, de weg omhoog is ingezet en er is zelfs een heuse Hollandse enclave aan de Cote d’Azur ontstaan. Zon, zee en voetbal is wat ons betreft een onverslaanbare combinatie.
OGC Nice, herwonnen elan met Hollandse twist
Wuivende palmbomen, een azuurblauwe zee, lommerrijke boulevards en een stralende zon. Dat is Nice, een stad aan de Côte d’Azur met internationale allure. Geen stad waarbij je direct aan voetbal denkt, maar dat is rap aan het veranderen. Na glorieuze tijden in de jaren ’50 (vier landstitels) zakte Olympique Gymnaste Club Nice wat weg, maar het laatste decennium is de weg omhoog ingezet. Er kwam een nieuw stadion, de club wist spraakmakende spelers naar de Franse Rivièra te halen en is inmiddels een vaste waarde in het linkerrijtje. Nieuwe eigenaar INEOS investeert stevig in talenten, waaronder de Nederlanders Kluivert, Rosario en Stengs, om aansluiting bij de top te realiseren.
Allianz Rivièra
Het oude Stade du Ray was geliefd bij fans en puristen, maar een nieuw stadion moest een katalysator zijn voor de club Nice, kwakkelend onderin met matige bezoekersaantallen. Het nakende EK 2016 gaf het laatste zetje voor de bouw van de Allianz Rivièra, aan de rand van de stad, met 35.000 plaatsen meer dan twee keer zo groot als het oude stadion. Zeker voor een nieuw stadion is de AR, met haar op een verhoging gelegen zilveren, doorzichtige structuur best het aanzien waard, zeker in het avondlicht. De harde kern van Nice staat op de Tribune Populaire Sud en staat bekend als zeer luidruchtig.
Mijmeren over Stade du Ray
Soms zijn er stadions, die kloppen gewoon helemaal. Het Stade du Ray was zo’n stadion. Esthetisch misschien niet zo mooi (een grote grijze kolos als hoofdtribune, omringd door drie onoverdekte stukken beton), maar een avondje in ‘Lou Ray’ was een belevenis. De fanatieke supporters hoog in de hekken, het rennen langs de afrastering na een doelpunt, de loeiende stadionspeaker, het spervuur aan oorverdovende knallen. Achter de lange zijde palmbomen die boven de tribune uittorenden, achter de tribune Sud de man met zijn Nice-vlag, die vanaf zijn balkon moeiteloos de hele wedstrijd kon volgen. De sloophamer mag dan in 2013 onverbiddelijk hebben toegeslagen, voor de supporters blijft deze plek in het noorden van Nice een belangrijke. Op de plek van het Stade du Ray ligt nu een park, het Parc du Ray.
Resten van het Stade du Ray
Loop vanaf de Boulevard Gorbella in, en waar de Rue Georges Bidault in de Avenue Ernest Lairolle overgaat was vroeger het stadion, nu staan er woontorens. Maar wie iets verder doorloopt komt toch nog een stukje Stade du Ray tegen. Aan je linkerhand, bij de ingang van het park is een stuk tribune (de zuidoosthoek van het stadion) blijven staan, als eerbetoon aan de geschiedenis van het voetbalstadion dat 84 jaar werd. Op de kruising met de Avenue du Ray vind je een tweede overblijfsel; een wit-rood-zwart gebouw met het oude logo van de club. Het zijn de kassahuisjes van weleer.
Place Massena
De Place Massena is met haar zalmroze gebouwen een van de meest bijzondere pleinen van Frankrijk en het kloppende hart van Nice, niet ver van zee en de Promenade des Anglais, de beroemde boulevard van de stad. Op het plein zit, met de rug naar de Méditerranée, de fanshop van OGC Nice waar je een shirtje, sjaaltje of ander aandenken aan de club kunt scoren.
Heerlijk eten met een voetbalsausje
Het zal geen verrassing zijn dat je in Nice, waar de Franse en Italiaanse invloedssferen samensmelten, verschrikkelijk lekker kunt eten. Neem restaurant Lou Pantail, op de hoek van de Rue Caroline en de Avenue Saint-Lambert. Bijna dagelijks loop je hier voetballers tegen het lijf, van OGC Nice en ver daarbuiten. De foto’s aan de muur dienen als bewijsmateriaal. Naast verschillende clubhelden kun je mannen als Hugo Lloris (afkomstig uit Nice), Raphaël Varane en David Ginola hier zomaar tegenkomen. Overigens niet zelden nadat op het terras de tafels en stoelen even aan de kant gaan: de bedrijfsleider daagt de voetballers graag uit voor een potje voetbaltafeltennis.
Pizza Balotelli
Om de hoek van de oude haven zit Pizzeria Les Amoureux (Boulevard Stalingrad 46), een klassieke Italiaanse pizzeria gerund door een Napolitaan. Dat de beste man een hartstochtelijk Napoli-fan is blijkt alleen al uit de verschillende sjaaltjes en krantenknipsels aan de muur. In bar-restaurant L’Auberge des Quatre Chemins serveren ze de pizza Balotelli. En met reden want in dit restaurant in het uiterste noordwesten van de stad (Chemin du Peyron 1, Saint Jeanette) dronken Balotelli, zijn zaakwaarnemer Raiola, Nice-trainer Favre en -voorzitter Rivière een kopje koffie in de zomer van 2016 waarna SuperMario aan tafel zijn contract tekende. Op de pizza Balotelli zitten zongedroogde tomaatjes, kappertjes en ricottakaas en hij kost 10,50 euro.
Voetbalparel I: Stade Pierre de Coubertin
Niet ver van Nice heb je uiteraard buurman AS Monaco, maar als je naar het westen gaat kom je de echte verborgen parels tegen. Een halfuurtje van Nice ligt het jetsetterige Cannes, natuurlijk beroemd van het filmfestival. In de wijk La Bocca ligt het Stade Pierre de Coubertin van AS Cannes alwaar Zinédine Zidane debuteerde. Fun fact: het stadion aan de gelijknamige Avenue Pierre de Coubertin heeft uitschuifbare lichtmasten, omdat het pal achter een start- en landingsbaan van het vliegveld van Cannes ligt.
Stade du Fort Carré
Nog verder terug de tijd in gaan we in Antibes, tussen Cannes en Nice in. Dit stadje was met het Stade du Fort Carré nog speelstad tijdens het WK van 1938. Het bijzonder gelegen stadion bestaat – in uitgeklede variant – nog steeds en ligt aan de Avenue du 11. Novembre. Vanaf het veld heb je een prachtig uitzicht over de azuurblauwe baai van Nice.
Kaartjes
Voor kaartjes van OGC Nice kun je terecht op de officiële clubsite, al zijn er voor het merendeel van de wedstrijden ook nog wel kaartjes te krijgen aan de stadionkassa. Dat is overigens niet het geval als PSG, Marseille of buurman Monaco op bezoek komt.
Bereikbaarheid
Wie op de A8 vanuit het westen Nice nadert, kan bijna niet om het stadion heen, in een vlak, nog vrij onbebouwd gebied nabij de rivier de Var. Het ligt pal naast afrit 52. Er zijn voldoende parkeerplekken voorhanden. Met tram 2 vanuit de stad kun je, met een overstap op tram 3 bij station Grand Arénas, het stadion in een half uur bereiken. Ook een optie is de trein. Vanaf Nice Ville (het centrale station) neem je de trein naar station Nice Saint-Augustin, vanwaar er pendelbussen gaan naar het stadion.
Beeld: Shutterstock, BSR Agency