Wie ervan houdt om grote spelers een vervelende avond te zien hebben, moet eens naar Brest gaan. Of je nu Neymar, Cesc Fabregas of Kylian Mbappé heet: niemand heeft het naar zijn zin in de storm en regen aan de Bretonse kust. Wij kijken alvast uit naar Messi.
Stade Brestois, trotse club van het verre westen
Stade Brestois 29 is geen club die kan bogen op een rijke geschiedenis. Les Pirates speelden in totaal nog geen vijftien jaar op het hoogste niveau, en na een faillissement in 1991 kwamen ze zelfs lange tijd weer bij de amateurs uit. Maar dit is wel de club waar sierlijke spelers als David Ginola en Franck Ribéry hun carrière het startschot gaven.
Brest ligt diep in Bretagne, het uiterste westelijke puntje van Frankrijk. Het is geen plek waar Ligue 1-clubs graag komen, want het is voor Franse begrippen vaak fris, nat en het kan er behoorlijk stormen. Door de hoge ligging en het open karakter van Stade Francis Le-Blé hebben kou, regen en wind er vaak vrij spel. Niet al te lang geleden deden de sterren van PSG de warming-up in de catacomben, omdat het buiten echt geen doen was.
Stade Francis Le-Blé, stormachtig in letterlijke zin
Met een capaciteit van amper 15.000 is Stade Francis Le Blé één van de kleinste stadions van de Ligue 1, maar het heeft wel een heel uniek karakter, door de vier totaal verschillende tribunes. Een flinke hoofdtribune, een fraaie lange zijde en twee kleinere tribunes achter de goals, waarvan er één onoverdekt is. Uitsupporters staan in Brest met een beetje pech negentig minuten in de storm.
Le Penalty
Achter de Tribune Quimper, waar de fanatieke fans staan, ligt aan de gelijknamige Rue Quimper bar Le Penalty, die uiteraard een link heeft met de club. Binnen vind je vele foto’s uit het verleden van Stade Brestois, en vanaf het terras heb je een mooi uitzicht op het stadion.
'Niet de mooiste, maar ook niet de lelijkste stad ter wereld'
Het is een uitspraak van één van de bekendste kinderen van de stad. "Brest is niet de mooiste, maar ook niet de lelijkste stad ter wereld”. Brest was, zoals meer Franse havensteden, in de Tweede Wereldoorlog van groot belang voor de Duitsers. Het leidde tot structurele bombardementen van de geallieerden. Van het oude Brest is daardoor weinig meer over.
De uitspraak is trouwens van de Argentijnse topspits Gonzalo Higuaín, bijzonder genoeg geboren in Brest, waar vader Higuaín op dat moment voetballer was. Hij zag het levenslicht in het ziekenhuis op de kop van de Avenue Foch, een gigantisch naargeestig grijs gebouw, jammer genoeg veelzeggend voor de stad.
Place de la Liberté
Om de hoek bij het ziekenhuis ligt de Place de la Liberté, een naoorlogs plein en hét centrum van de stad. Stade Brestois heeft nou niet bepaald een palmares om van te watertanden en won afgezien van de Ligue 2 in 1981 nog nooit een prijs. Maar áls er iets te vieren is doen de Brestois het hier. In 2019 stroomde het plein voor het laatst vol, toen promotie naar de Ligue 1 werd afgedwongen. In de Rue Jean Jaurès, direct rechts van het stadhuis, zit een fanshop, mocht je de chaos rond de standjes op de wedstrijddag willen ontlopen.
Stade Menez Paul
De vorming van Stade Brestois in de jaren ’50 van de vorige eeuw is terug te leiden naar het geloof. Er bestonden meerdere kleine, katholieke clubs in de stad maar de allergrootste was de seculiere club AS Brest. Mede om die club naar de kroon te steken besloten de katholieke clubs samen te gaan en Stade Brestois te vormen. Niet zonder succes, want vandaag de dag speelt AS Brest uit op het zevende niveau. Het zetelt niet ver van de grote buurman in het Stade Menez Paul, één tramhalte verder vanuit de stad gezien.
Kaartjes
Kaartjes koop je via de officiële website van de club. Door het kleine aantal beschikbare kaarten voor elke wedstrijd is het zaak om er vroeg bij te zijn, want zeker tegen de topclubs puilt het kleine stadionnetje uit.
Bereikbaarheid
Parkeren in de wijk rond het stadion aan de Rue de Quimper is een crime, ga dus met de tram. De enige tramlijn van de stad brengt je in nog geen tien minuten naar de Place de Strasbourg, vlakbij het stadion.
Beeld: Shutterstock