Het is moeilijk om niet weg te dromen naar het verleden in de straatjes rond het Astridpark, waar de grootste naam uit het Belgische voetbal speelt: RSC Anderlecht. In het historische stadion en de prachtige voetbalbuurt waan je je nog steeds halverwege de jaren ’90.
Wie aan Anderlecht denkt, denkt aan een club met grandeur: Het prachtige paars-wit, het champagnevoetbal met Paul van Himst en Jan Mulder, de vele titels. Voor het stadion geldt dit minder, het is met een capaciteit van slechts 21.000 plaatsen al jaren te klein voor de Brusselse club, die supporters uit het hele land trekt. Terwijl alles in het voetbal razendsnel groeit en verandert lijkt in de straatjes rond het Astridpark de tijd toch aangenaam stil te hebben gestaan.
De naam is eigenlijk te hip voor het stadion waar hij op prijkt, Lotto Park, inclusief Lotto-balletje. Bij de meeste voetbalfans is het stadion toch vooral bekend als het Constant Vanden Stockstadion - naar de roemruchte voorzitter – of simpelweg als het Astridpark, naar het park waaraan het stadion ligt. Hier speelt RSC Anderlecht al meer dan 100 jaar zijn thuiswedstrijden, in het hart van de gelijknamige wijk. De club wil wel groter, maar ruimte om uit te breiden is er eigenlijk niet. Het stadion ligt al zo dicht op de huizen dat de noordwesthoek schuin afgesneden is. Onhandig voor de club, maar wat ons betreft gaat RSCA hier nooit meer weg.
Als je op een gewone dag door Anderlecht rijdt, merk je er weinig van dat hier één van de grootste clubs van België speelt. Het zijn slechts de namen van de ontelbare cafés met namen als Le Penalty, La Tribune en Le Transfert die verraden dat dit een voetbalbuurt is. Hoe anders is dat op de dag van de match, als al deze straten veranderen in een zee van supporters met friet en pintjes. Op de Theo Verbeecklaan langs het stadion is er geen doorkomen aan, op het aanpalende De Lindeplein kun je bij verschillende kraampjes terecht voor allerlei voetbalrelikwieën. Het heeft iets weg van een tweewekelijkse Koningsdag.
Hij was speler van Anderlecht, selectieheer van de Rode Duivels en werd later de beroemde voorzitter van de club naar wie het stadion vernoemd werd: Constant Vanden Stock. En passant bouwde hij ook nog de door zijn vader opgerichte bierbrouwerij Belle-Vue uit tot een imperium. De brasserie ‘Le Belle-Vue’ bestaat nog steeds in hartje Anderlecht, op een paar minuten lopen van het stadion, aan de Paul Jansonlaan nr. 2. Neem met je kriekbiertje plaats achter het glas en zie heel Brussel aan je voorbijtrekken. Hij is al even niet meer onder ons, maar je hebt je het gevoel alsof Monsieur Constant elk moment binnen kan komen lopen.
Op de Théo Verbeecklaan nr. 35 zit Green Park, pal tegenover de hoofdingang van het stadion, een kroeg met een bijzondere geschiedenis. Jarenlang was dit namelijk het café van Henri ‘Rie’ Meert, de legendarische Anderlecht-keeper uit de jaren ’40 en ’50 van de vorige eeuw. Jan Mulder kwam er maar wat graag aan de toog zitten, maar de vele foto’s aan de muur bewijzen dat ook latere Anderlecht-helden Green Park weten te vinden. Mbark Boussoufa, Lucas Biglia en Romelu Lukaku hebben allemaal een ereplaatsje aan de muur.
Niet ver van het stadion heeft één van de grootste exponenten van de Anderlecht-jeugd een mooi plekje gekregen. Op de kruising van de Itterbeekselaan en de Mededingingstraat prijkt gigantisch op een muur Youri Tielemans, op z’n 16e al een dragende speler voor Anderlecht 1 en nu onder contract bij Leicester City. De muurschildering portretteert verschillende fasen van Tielemans als speler, en dat letterlijk om de hoek bij het stadion van Anderlecht.
Elke kroeg in Anderlecht heeft zijn eigen verhalen, zo ook La Coupe, met de paars-witte gevel op de Théo Verbeecklaan nr. 55. Uitbaatster Michou runt de tent al bijna 40 jaar en was haast de moeder van de spelers. Soms bijna letterlijk: ze nam de later tot Belg genaturaliseerde Braziliaan Luis Oliveira (ooit een gevreesd duo met Batistuta bij Fiorentina) zelfs in huis boven het café, toen hij niet kon aarden in de Belgische hoofdstad. Verder: prachtige vaantjes aan de muren, van elk kampioenselftal een teamfoto en een speciaal paars Anderlecht-likeurtje, de P’tit Mauve.
Je kunt kaartjes eenvoudig bestellen via de officiële website van Anderlecht. Vaak is het een kwestie van er snel bij moeten zijn, want door de lage capaciteit zijn wedstrijden van topclub Anderlecht toch al vrij snel uitverkocht. Via de officiële reseller P1 Travel kun je ook voor de topwedstrijden vaak nog aan tickets komen.
Komend met de auto neem je op de Brusselse ring afrit Anderlecht. Op wedstrijddagen kun je je auto het best in de buurt van de afrit parkeren, verder de wijk in rijden heeft vaak geen zin doordat een groot deel van de wijk dan is afgesloten.
Met het openbaar vervoer neem je vanuit het centrum van Brussel (bijvoorbeeld vanaf station Brussel-Centraal) metrolijn 5 richting Erasmus, en stap je uit bij Sint-Guido/Saint-Guidon. Vanaf hier is het nog een paar minuten lopen naar het stadion.
Beeld: Marco Magielse, SANTOS
